zaterdag 31 oktober 2015

Incredible India !

INCREDIBLE INDIA !


Je kan er niet naast kijken, niet in de Embassy of India, niet in het Indian Visa Application Centre, niet in de reisbureaus die India aanprijzen als toeristische bestemming: “Incredible India” !  Kijk je even in het woordenboek dan vind je als vertaling: ongelooflijk, verbluffend, ongeloofwaardig. Eigenlijk is India het allemaal en je kan er nog heel wat adjectieven aan toevoegen.

Voor mij was India vorige week “ongelooflijk verrassend” !

Tijdens het jaarlijkse hindoe - festival “Durga-puja” vieren de hindoes de uiteindelijke overwinning van het goede op het kwade, ook in Kolkata. Vijf dagen lang vormt de Bengaalse hoofdstad het decor van een festival dat de dagelijkse gang van zaken volledig wijzigt. Kolkata zoals ik het nog nooit gezien, geroken en gehoord heb: incredible !

De oorsprong van het festival: het godengevecht om een drank die eeuwig leven geeft. Een verhaal ons niet helemaal onbekend. Goden en demonen strijden op leven en dood om de fel begeerde nectar te bemachtigen. Het bezit van de drank gaf de winnende partij een  duurzaam en alles overheersend machtsoverwicht. Vrij snel leken de goden de overhand te halen, maar de demonen lieten het er niet bij en belaagden de goden telkens opnieuw. Bedreigd, besloten de goden hun krachten te bundelen en een nieuwe godin te vormen die de demonen voorgoed moest verslaan: Durga. De nieuwe godin was buitengewoon krachtig en sloeg met succes diverse aanvallen af. Bij één aanval moest Durga het opnemen tegen een buffel. Ze onthoofdde het dier met de slag van een zwaard. Uit het lichaam van de buffel verrees Mahihasura, een demon: de sterkste die Durga ooit tegenover zich had gehad. In een beslissende strijd doodde ze Mahihasura. Verslagen trokken de demonen zich definitief terug.`

Belangrijker dan het verhaal is de symboliek. De tegenstelling tussen goed en kwaad is alom aanwezig, ook in de mens zelf. Dat het goede overwint, is het geloof dat aanwezig is, de hoop die wordt gekoesterd. Wie de strijd aandurft en zijn innerlijke krachten bundelt, kan het kwaad om zich heen en in zichzelf uiteindelijk wel aan. Maar dat vereist moed, volharding en vertrouwen in eigen kunnen.

Overal in de stad, in alle wijken, op alle pleinen worden grote en kleine tempels gebouwd. Op de straat, over de straat, rond een boom, aan een bestaand gebouw. Bamboe, stof, hout, karton, een kunstig geheel, afgewerkt met zoveel mogelijk flikkerende lichtjes. In de tempels en tempeltjes vind je steeds vijf godenbeelden. In het midden het grootste, moeder Durga met acht armen. Links en rechts haar vier kinderen: Ganesh, Laksmi, Sarasvati en Kartikeya. De god Shiva, eigenlijk de belangrijkste,  staat er voor een keer niet bij. Hij zou de aandacht teveel naar zich toetrekken en Durga naar de achtergrond doen verschuiven. Ongepast op haar festival.

Het blijft een schatting, maar verschillende mensen vertellen me dat er tijdens dit festival meer dan 2 miljoen bezoekers naar Kolkata komen, een wereldstad met meer dan 15 miljoen inwoners. Slumbewoners en daklozen wellicht niet meegerekend. Wie niet geregistreerd is of geen thuisadres heeft, telt immers niet mee. Toch heerst er een bepaalde rust over de stad of moet ik spreken van een andere drukte? Kolkata is onherkenbaar geworden. Weinig verkeer, veel verkeersvrije straten en pleinen, met uitzondering van de grote verkeersassen.

Incredible … zelfs de voetganger lijkt terrein te winnen. Waar hij anders nooit voorrang krijgt, bijna altijd moet springen en lopen om levend en zonder ongelukken de overkant van de straat te bereiken, kan dit nu gebeuren in alle rust en kalmte. “Al wie niet weg is, is gezien,” mag voor een paar dagen vergeten worden. Mocht dit toch blijven duren, de stad en haar inwoners zouden er wel bij varen.

Wie ooit in Kolkata is geweest, kent de andere - de nooit tot rust komende - drukte, de chaos, het lawaai, de stank, de overbevolking. Niets ontbreekt. Er zijn de voetgangers, de riksjalopers, de fietsers, de moto’s, de taxi’s, de auto’s, de bussen, de vrachtwagens, hier en daar nog een overgebleven heilige koe, de honden, de kraaien en nog zoveel meer. Zelfs een kudde geiten met een herder. Ze lopen langs de drukke J.L. Nehru Road, op weg naar Kolkata Maidan, het grote stadspark met de Victoria Memorial. Het enorm marmeren koepelcomplex werd gebouwd tussen 1906 en 1921, als monument voor Queen Victoria. Zij heet je nog steeds welkom, majestueus en dominerend gezeten op haar troon. Markies Curzon of Kedleston, onderkoning van India suggereerde de “creation of a fitting memorial” met de volgende woorden: "Let us have a building, stately, spacious, monumental and grand, to which every newcomer in Calcutta will turn, to which all the resident population, European and native, will flock, where all classes will learn the lessons of history and see revived before their eyes the marvels of the past." Wellicht zijn er niet zoveel “natives” die zich de wonderen van de Engelse koloniale periode nog herinneren of zich willen herinneren. Blijvend voordeel van het park met zijn memorial is in elk geval de rust te midden van de chaos.

Incredible … want elk jaar opnieuw kan je gedurende een week “op adem komen” in Kolkata, letterlijk en figuurlijk. Een niet te onderschatten luxe, een gezondheidscadeau. De gas – en benzinewalmen zijn voor heel even zo goed als verdwenen, vervuilen niet langer je neus, mond en longen, irriteren je ogen niet en zijn geen aanleiding meer tot hoofdpijn of andere ongemakken. Waarom blijven de goden niet langer in Kolkata? Zij en wij kunnen er dan ongestoord genieten. Zij van hun nectar, ik van een deugddoende frisse Kingfisher in de rustige tuin van Fairlawn.


Bart Massart
Kolkata 31.10.2015


donderdag 29 oktober 2015

Differently able ...

DIFFERENTLY ABLE …

Van de voorbije weken is vooral het bezoek aan Amar Jyoti - de school voor blinde kinderen in Sakaldiha blijven nazinderen … 

Met father Amal Ray, priester in het bisdom Varanasi en ooit student aan de KU Leuven, trok ik naar “Amar Jyoti “ – mijn licht – een school met internaat voor blinde kinderen. Het gebouw werd gerealiseerd met financiële middelen van het bisdom Varanasi en met inbreng van father Amal, dankzij onder meer zijn vele relaties in België. De eerste kinderen werden onthaald in september 2013. Momenteel verblijven er 20 kinderen, begeleid door father Victor en de zusters Jaya, Jeeva en Elizabeth. PAZ – Partners Zonder Grenzen vzw betaalt sinds 2015 een deel van de werkingskosten.

Na een hartelijke verwelkoming met een liedje volgen er een enkele dansjes, neen, niet individueel, in groep. Ze zijn op elkaar aangewezen. Op het plein voor de school spelen ze nadien cricket, in groep. Op één punt is het spel anders dan het spel van niet - blinden. In de balletjes zitten steentjes, zodat ze kunnen horen waar ze naartoe rollen of vliegen.

Ik trek grote ogen …

Onvoorstelbaar tot wat deze kinderen in staat zijn. Blijkbaar maakt één handicap hen zoveel sterker op andere gebieden. Ook hun samenspel is verrassend om zien. Zo op elkaar ingespeeld. Ze zijn zeer aandachtig. Ze luisteren en focussen zich op het spel, op de ander. Bij een juiste slag of een gemaakt punt wordt er gelachen en gesprongen. Een punt wordt gevierd zoals in elke andere match, met gejuich en een stevige omhelzing. Jep, we hebben gescoord! Niet alleen het spel, ook hun ongedwongen blijheid maakt indruk.

Mijn bewondering gaat ook naar de mensen die hen begeleiden, die hen deze kansen bieden, de priester en de zusters. Hun creativiteit, hun geduld, hun inzet … grenzeloos. Blinde kinderen openen mijn ogen, leren mij zien met andere ogen.



Differently able …

De volgende dag bezoeken we een project voor anders - valide mensen. Onderweg naar de plaats van afspraak stoppen we aan een klein huisje met winkel. “Handicrafts” worden te koop aangeboden door drie jonge dames: Chinda, Sapna en Kismati. Ze zitten op een klein platform voor het gebouwtje. Ze onthalen ons op een spontane, vriendelijke manier. Niets ongewoon. Even later wordt het duidelijk, lopen kunnen ze niet. Toch zijn ze erin geslaagd om grotendeels een eigen leven uit te bouwen.


Ze gaan mee naar de maandelijkse vergadering van het platform: “differently able” in Nagara, telkens op de elfde dag van de maand. Deze maand op de tiende, omdat wij – father Amal en ik - er zouden kunnen bij zijn. Jongeren, jongvolwassenen en volwassenen samen in één kring, aandachtig voor elkaar. Allemaal op de mat, op de grond. Voor ons staan er stoelen klaar. Zonder aarzelen zet ik mij op de mat. Ik wil luisteren en spreken op gelijke hoogte. Gautham, een social worker, coördineert.

Alles waarmee ze dagelijks worden geconfronteerd, komt aan bod. Ervaringen, meevallers en tegenslagen, vreugde en ontgoocheling worden gedeeld. In een paar woorden, de thema’s uit een lang gesprek …

·     Niet iedereen heeft een identiteitskaart … Hoe geraken we aan een “disabled certificate”, een 
    medical certificate, waardoor we kunnen genieten van de hulpmiddelen en de tegemoetkomingen
    die wettelijk voorhanden zijn?
·     We hebben geen aangepaste toiletten …
·     Vanaf 18 jaar heb je recht op een soort vervroegd pensioen – 300 Rs / 4,28 € … Hoe dat recht 
    verwerven … we krijgen het niet.
·      Free bus & train … een ander recht maar eenzelfde probleem.
·      Er is een district medical officer, er zijn openbare diensten …
·     Hoe kunnen we de overheid benaderen … the government is not willing … Alleen lukt het niet, we
    moeten samen proberen en reageren.
·      Politici geven alleen aan wie ze kennen …

Iedereen komt aan bod, iedereen wordt beluisterd, bevraagd. De wederzijdse interesse is voelbaar. Tijdens de gesprekken geen enkel teken van verbittering. Ook de verontwaardiging blijft beperkt. Voor mij te beperkt, maar met welk recht van spreken zou ik spreken. Ik luister en stel vragen. Nederigheid is hier meer dan gepast.

Op het einde van de gesprekken gaan we de kring rond en beluisteren we eenieders verhaal. Manush, een gehandicapte jonge van ongeveer 14 jaar leert naaien en studeert bachelor of arts, vergelijkbaar met het middelbaar bij ons. Suradj – wat zon betekent – is gehandicapt vanaf de geboorte en kan niet staan of gaan. Sima – wat grens betekent – is gehandicapt vanaf haar tweede levensjaar. Zij wil ook studeren, maar een bachelor of arts kost 180.000 Rs, voor haar en haar ouders zo goed als onbetaalbaar. Ze legt zich er nog niet bij neer. Sumar wil kleermaker worden, Anshu computer studeren.
Pudja, een leerling van 14 studeert confectie en computer. Manoj Kumar Giri, een jonge man van in de twintig, wil een kleine kleermakerszaak oprichten. Om te starten heeft hij 25 tot 30.000 Rs nodig, voorlopig nog onbereikbaar. Lalchand Plasad wil een wheelchair, maar heeft geen pensioen …
Phool Kumari en Sona Harishchand sluiten de kring. Twee jonge vrouwen die vrijwillig meewerken om deze mensen te begeleiden en te steunen. Hun enthousiasme is onmiskenbaar.

Gautham besluit en vertelt nog dat ze jaarlijks een “district disabled day” hebben waarop onder meer politici en ambtenaren worden uitgenodigd. Iedereen van de groep betaalt voor deelname aan de activiteiten een bijdrage van 10 Rs per maand.
Hun droom en eerste groot project: een fonds oprichten waarmee ze elkaar willen helpen om onafhankelijk te kunnen leven. Misschien moet ik, eenmaal terug thuis, even langsgaan bij het Leuvens Universiteitsfonds !

Het is duidelijk, dit platform is onmisbaar. Jongeren en volwassenen worden begeleid om  zelfstandigheid op te bouwen. Enorm belangrijk omwille van het feit dat zij vaak door eigen familie en gemeenschap gemarginaliseerd, in de marge geplaatst worden, ook door de overheid gediscrimineerd en uitgesloten. Deze ontmoeting was een van de vele confronterende maar leerrijke ervaringen. Doorzettingsvermogen, creativiteit en initiatief, levensvreugde ondanks alles. Een ervaring die mij ook opstandig maakt … het kan toch anders, waarom dan niet ?



Ik denk terug aan de dansende en spelende blinde kinderen … mensen zijn tot zeer veel in staat, meer dan wat wij hen gunnen of toelaten. Waarom gebruiken wij deze mogelijkheden zo weinig? Hun handicap heeft hen deels of volledig buiten de samenleving geplaats of anders: door hun handicap werden zij opzij geschoven, beoordeeld als onvoldoende of niet meer bekwaam om op een volwaardige wijze te participeren.

Waarom gaan wij altijd uit van “tekorten”, van wat mensen niet of niet meer kunnen in de plaats van te vertrekken vanuit eenieders sterkte en kunde? De wereld zou er helemaal anders uitzien. Waarom bestempelen wij deze kinderen en zovele andere mensen als “disabled” terwijl ze zovele andere talenten, gevoeligheden en vaardigheden hebben? Waarom worden mensen met een beperking, groot of klein, vereenzelvigd met deze beperking, alsof ze geen andere mogelijkheden hebben. Iedereen heeft toch zijn beperkingen, zijn sterkten en zwakten. Zijn we niet allemaal in mindere of meerdere mate, op een of andere manier “disabled”?

“ Differently able “

Father Gyan Prakash, de directeur van “Social Welfare Society” van het bisdom Varanasi zegt mij dat ze het woord “disable” steeds vervangen door “differently able”. Hier ervaar je dat het meer is dan de verandering van een woord , het is een mentaliteit een houding waarbij men mensen alle kansen wil geven, waarbij men uitgaat van de sterkten. Uiteraard moet men de zwakten blijven benoemen en erkennen om tot revalidatie, versterking of genezing te kunnen komen. Maar mensen vereenzelvigen met één beperking ontneemt hen alle kansen. Hoogtijd om veel meer te kijken  naar wat mensen kunnen, dan naar wat ze niet of niet meer kunnen.

Bye, see you …

Opmerkelijk was de afscheidsgroet van een van de blinde  kinderen: “Bye, see you!”  Kijken doe je niet alleen met je ogen …


Bart Massart

Kolkata 25.10.2015